De ontwaakbassen van Deadmau5 dreunden toen ik het parkeerplaatsje 8:55 op draaide. Mooi op tijd.
Vanaf woensdag was de spanning opgebouwd, vandaag had Jan een uitdagend 25km polderrondje voor ons uitgestippeld.
Het is toch weer spannend als de afstanden voor het eerst weer toenemen.
Blijven blessures weg en zouden er pijntjes komen?
We gingen in een startgolf volgens het boekje twee aan twee.
Bij de eerste drankpost gingen truien, jacks en loopsjawls af. Met 8 graden en wind mee was het warm te noemen. We vlogen enkel-laags wind mee.
De polderroute was fantastisch en liet ons door gebieden lopen waar menig loper nog nooit was geweest.
M’n indiaase curry en blusbier van zaterdagavond klotste, maar hield zich gedeisd.
Een wandelend hond-uitlaat stel trok de hond in toen we er aan kwamen en een paar lopers wisselden spaghetti-menus uit. Iemand anders riep dat hij vandaag taart mocht eten.
De verzorging had zich tactisch opgesteld en er was tevens thee met schuimpjes.
Nadat we van richting veranderden liepen we met de wind in de neus.
Bonte loopjacks klapperden als vlaggen.
Ineens kwam de regen die koud in onze gezichten striemde. De benen draaiden collectief onverstoorbaar door.
Loopjes werden uitgewisseld; de meeste ‘Rotterdam’ maar er waren ook lopers die uitkeken naar een loopje in hun eigen stad of dorp. De ‘hele van Leiden’ zou geweldig zijn; terwijl het woord ‘niks’ viel toen over de halve van Leiden werd gesproken. Ik wist het nog niet; de tellers stonden op nul. Het loopjaar was net begonnen.
André benadrukte terecht dat we dit toch allemaal mooi professioneel als een soepele loop-machine met z’n allen organiseerden: De Duiven-club briefings, de oliebollen, de routes en de verzorging. Aad zou vast glimlachen maar die draaide zich vast ergens nog even om toen wij extra moesten aanzetten tegen de regenwind in.
Ongegeneerd werden er appeltaarten bij Dumidi gegeten.
Hoe ze smaakten?
Lekker en naar meer.
Net zoals ons loopje.
Grrh