Auw!” z’n vrouw schrok er wakker van deze zondagochtend.
Hij trok in z’n slaap zijn knie ineens op en stootte hard tegen haar aan. Een hielspoor-blessure dwong bij André zondagsrust af en hij snurkte gewoon door. Ze duwde hem op z’n zij, wreef over haar dij en vroeg zich af of het een blauwe plek zou worden.

Het was vandaag voor de lekkere lopers een fantastische dag: windstil, staalblauwe lucht en de winterzon gaf wat warmte. De skyline van Rotterdam lag er strak bij wij liepen richten vliegveld. We waren wakker en voelden ons goed.

De crew had zich arctisch ingepakt; handschoenen, shawls en zelf af en toe een kopje thee deed wonderen. Ze moesten alle zeilen bij zetten om op de vaste verzorgingspunten tijdig te staan. Ja, er konden zich nog lopers melden om een keer als ‘flex-crew’ een keertje mee te draaien. Een bevlogen loper riep met volgepropte schuimpjesmond: “Je loopt pas echt lekker als je zelf een keer flex achter de verzorgingstafel staat.

Iemand rekte nog even z’n kuiten en een groep duiven schrok van een helikopter. Golvend in de lucht klapperend in een draai-wolk over ons heen.

Een loopster vertelde dat ze van de week bijna hardlopend waren aangereden; een andere loper was bezig met zijn horloge en een andere loper zette uiteen hoe zijn cardioloog z’n hart ging onderzoeken. We liepen strak en vlogen rond het vliegveld. De zwet sliep nog; jassen waren uitgegaan.

Toen we Delft inliepen verlieten we onze comfortzone. Enkel het ritme van de schoenen was te horen. Roedels racefietsers suisden voorbij: “lopers tegen”.

Rond de 25 km ging een telefoon en werd de bardienst van een hockeyclub hijgend gemanaged. Er werden vandaag weer PRs gelopen. Bij de finish stond zout op de voorhoofden en wangen.

Ze vond het eigenlijk wel gezellig dat hij op zondagochtend  gewoon bij haar was. Ze vertelde  van het knietje-incident dat inmiddels geen pijn meer deed. Wat hij gedroomd had.

André voelde aan z’n blessure en dacht even na:

“Ik heb in m’n droom gewoon Lekker meegelopen”

Grrh